Contactlenzen op medische indicatie kunnen voor veel hoornvliespatiënten van enorm belang zijn om goed te kunnen functione..." /> Contactlenzen op medische indicatie kunnen voor veel hoornvliespatiënten van enorm belang zijn om goed te kunnen functione..." />

Onderwerpen

Moet ik nu een grote of kleine scleralens nemen?

Communitymanager
12-01-2024
Contactlenzen op medische indicatie kunnen voor veel hoornvliespatiënten van enorm belang zijn om goed te kunnen functioneren. Veel van onze leden zijn gebaat bij een correct aangemeten lens. De ontwikkeling van dergelijke lenzen blijft doorgaan.  Henny Otten, van Visser Contactlenzen, staat in deze bijdrage stil bij de indicaties voor grote, dan wel kleine scleralenzen.  
 
Wanneer een scleralens de beste keuze is, wordt ons regelmatig gevraagd wat dan de grootte van deze lens zou moeten zijn. Een interessante vraag, want er bestaan namelijk twee type scleralenzen: grote en kleine. Beide hebben ze bij de toepassing een eigen doelgroep.  
 
Grote versus kleine scleralenzen
Wanneer spreken we over grote en wanneer spreken we over kleine scleralenzen? Hiervoor is een richtlijn vastgesteld die wereldwijd wordt gehanteerd. Het komt erop neer dat een grote scleralens minimaal 6 mm groter is dan de grootte van het hoornvlies. Het hoornvlies is gemiddeld 11,5 mm groot, dus een grote scleralens begint bij een diameter van 17,5 mm.  Scleralenzen met een diameter van minder dan 17,5 mm noemen we kleine scleralenzen, die ook wel mini-scleralenzen worden genoemd.  
 
Indicatie voor de juiste lens
In de ontwikkeling van de scleralens zien we dat het met grote scleralenzen is begonnen. Deze lenzen vormen een solide basis in de scleralenspraktijk. De grote scleralens is in de regel 20-21 mm groot en heeft belangrijke voordelen. Deze scleralens kan in tal van indicaties worden toegepast. Voorbeelden hiervan zijn keratoconus, hoornvliestransplantaties en situaties waarin een grote bedekking van de oogbol gewenst is, zoals bij extreem droge ogen of als de oogleden onvoldoende sluiten. Daarnaast zijn er de indicaties waarbij afwijkingen zich bevinden aan de rand van het hoornvlies, zoals het geval is bij sommige degeneraties en dystrofieën. Kleine scleralenzen zijn in de regel 16 tot 16,5 mm groot en zijn een meer recente ontwikkeling. Buiten het feit dat de indicatie een bepalende factor is, kunnen ook andere overwegingen een rol spelen in de keuze voor een kleine scleralens. Voorbeelden van het toepassingsgebied van kleine scleralenzen zijn kleinere oogbolvormen met een kleiner gebouwd hoornvlies en ogen waarbij tussen de oogleden weinig ruimte bestaat.  
 
Draagcomfort is belangrijk
Daarnaast kan de toepassing van een kleine scleralens cosmetisch fraaier zijn indien aan één oog een scleralens nodig is. Bij gebruik van een kleine scleralens kan er minder verschil zichtbaar zijn tussen beide ogen, aangezien de oogleden bij een grote scleralens meer opengesperd staan. Indien een grote scleralens lastig te hanteren is, kan een kleine scleralens soms gemakkelijker zijn. Ook wanneer de oogbol plaatselijk veranderingen vertoont door afwijkingen, operaties en trauma is het een goede overweging om een kleine scleralens toe te passen, omdat de rand van deze lens zich in de regel dichter bij het hoornvlies bevindt en minder afhankelijk is van een onregelmatigheid van de oogbolvorm. Uiteindelijk kunnen we concluderen dat beide typen scleralenzen elkaar aanvullen en complementeren in de praktijk.

Reageren kan alleen als deelnemer

Ben je al deelnemer? Dan kun je direct inloggen.

Word deelnemer